excuus

Afgelopen donderdagavond bood burgemeester Koen Schuiling namens het college van B&W op het Stadhuis, excuses aan voor de rol die het stadsbestuur heeft gespeeld in het slavernijverleden. De excuses zijn een uitvloeisel van een onderzoek dat op verzoek van de Groningse gemeenteraad in september 20121 is uitgevoerd.



Het Groninger slavernijverleden


In 1621 werd de West Indische Compagnie (WIC) opgericht. Met veel moeite lukte het de bestuurders van Stad en provincie Groningen om (mede) aandeelhouder van deze compagnie te worden. Nadat de WIC een deel van. met name het noorden, Brazilië had veroverd, ging deze zich ook bezighouden met slavenhandel. Dit omdat de suikerplantages in Brazilië vooral draaiden op slavenarbeid.

"Groningen"  was voor 1/9 deel aandeelhouder van de WIC en mocht daarom ieder negende schip dat naar Afrika vertrok uitrusten. In totaal heeft de WIC op deze manier zo'n 300.000 mensen van Afrika naar Zuid- en Midden Amerika 'verscheept'. Het Groninger aandeel komt dan uit op zo'n 33.000 mensen, waarvan naar schatting 12 a 13 procent de reis niet overleefde.


Burgemeester Koen Schuiling heeft excuses aangeboden voor de rol van zijn voorgangers bij de slavenhandel. Dit moment is gekozen omdat de Groningse afdeling van de WIC 400 jaar geleden werd gefinancierd en bestuurd door een kleine groep mensen rond het toenmalige gemeente bestuur.

Het kapitaal kwam van de Provincie Groningen, van de Stad Groningen en een aantal rijke Groningers, die vaak ook een rol speelden in het gemeentebestuur, bijvoorbeeld als burgemeester.


‘Groningse bestuurders, onze juridische voorlopers, kozen er willens en wetens en telkens opnieuw voor om zichzelf te verrijken, ten koste van de vrijheid, de menselijke waardigheid en de levens van tot slaaf gemaakten’, aldus Schuiling.

Hij noemt het onverteerbaar dat Groningse bestuurders de slavenhandel niet alleen mogelijk maakten, maar ook in stand hielden.


De onderzoekers naar het Groninger slavernijverleden ontdekten ook banden tussen Groningen en de Verenigde Oost Indische Compagnie (VOC). Daarom gingen er stemmen op om de slachtoffers van de Aziatische slavernij mede te herdenken met dit monument. Dat lukte niet omdat de nazaten van tot slaaf gemaakten uit de Atlantische slavenhandel, Surinamers en Antillianen geen monument willen delen met de nazaten van de Aziatische slavenhandel, de Indische Nederlanders.

Begin dit jaar is daarom besloten om niet één, maar twee monumenten te ontwerpen.


De excuses zijn nu uitgesproken, maar Schuiling zegt zich te beseffen dat het wel onvolmaakt is. ‘Dat er zoveel soorten van verdriet zijn, dat we vandaag misschien voor iedereen de juiste woorden hebben gevonden.’


GL:

De rol die Groningers in het koloniale verleden hebben gespeeld van de Nederlanden is, zeker vanuit het heden bekeken, niet heel fraai geweest. Met geld geld maken kon alleen maar omdat er ook gelukzoekers en mensen die geld nodig hadden waren die het avontuur aangingen. Veelal arme Groningers dus die gebruikt werden door de Groningse kamer om zich zelf te verrijken. Zij hebben ook een rol gespeeld en vormen vaak onderdeel van de geschiedenis van hedendaagse bewoners. Nazaten van matrozen, familie van hen die achterbleven en vermengd zijn met de inheemse bevolking. Zo kom je grote, blonde en blauwogigen tegen in delen van Indonesië en Brazilië. Ook daar zitten weer goede en minder goede verhalen tussen. 

Comments

Popular Posts