stilte

Er was vorige week heel veel discussie over het besluit van onze voetbalbond KNVB. Zij koos er voor om na een aanslag in een tram in Utrecht (waarbij vier doden vielen) geen minuut stilte te houden voor de EK-kwalificatiewedstrijd Nederland-Wit-Rusland.

Raar zo’n discussie dacht ik. Een KNVB besluit punt uit. Maar door de discussie reageerde de bond toch op alle commotie.

De KNVB wees op het eigen protocol voor herdenkingen rondom wedstrijden van Oranje: bij officiële interlands wordt er alleen herdacht als de overheid een nationale dag van rouw heeft uitgeroepen of als het een icoon uit de voetbalwereld betreft.

Dat was nu duidelijk niet het geval. Maar omdat een van de slachtoffers een vrijwilliger bij de Utrechtse amateurvoetbalclub Desto was vonden velen van niet. "Dit treft het hele voetbal", hoorde ik zelfs. Desto is weliswaar een omnisport-vereniging (je kunt er ook jeu de boulen en tennissen) maar speelt ook derde klasse zaterdag in de KNVB competitie.

Regio Utrecht, voetbal en dus was er zondag wel een minuut stil tijdens de wedstrijd FC Utrecht – Feijenoord om de trainer van twee jeugdelftallen COV Desto te herdenken (Door Edel Spel Tot Ontwikkeling).

In Trouw bogen zich twee mensen over de kwestie
1. Sportfilosoof Ivo van Hilvoorde, die verbonden is aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en als lector aan Hogeschool Windesheim in Zwolle
2. Oud-tafeltennisster, schrijfster Bettine Vrie­sekoop

Van Hilvoorde: “Er is tegenwoordig een soort drang dat rouw collectief moet gebeuren. Sport is van een bijna religieuze aard geworden. Het verbindt, creëert zingeving en sport is er om een eenheid en een nationale identiteit te vormen. Dat gevoel moet gedeeld worden. Wat voorheen in de kerk gebeurde, gebeurt nu op straat met een fakkeloptocht. Alleen, elke keer lijkt daar een stap bij te komen. Nu is het sentiment: die minuut stilte móét, anders sta je aan de verkeerde kant. Het wordt meer als een polariserend middel gebruikt; een bureaucratisch bestuur wordt als kil en kwaadwillend orgaan neergezet dat niet opkomt voor de gewone man.”
Vriesekoop: “Ik zou in vier gevallen voor een gepaste stilte willen pleiten; bij een aanslag met een grote nationale impact, een sportgerelateerd overlijden, als er iemand uit een elftal of de begeleiding direct betrokken is of als de wedstrijd was gehouden in Utrecht, de stad waar de slachtoffers vielen en het publiek het meest aangeslagen is.”

Beide benoemen zaken die ook voelde. Het ‘moeten’ en ‘gepaste stilte’. Bij de wedstrijden hebben we dit seizoen ook al een paar een stilte moment gehad. Het ging 9 uit 10 keer dan om mensen die dicht bij de club stonden. Maar ook bij het Stint incident. Dat ‘moest’. Waarom ontgaat mij nog steeds.
De gepaste stilte moet dus gedragen worden. De emotionele minuut in het stadion De Oude Meerdijk bij de dood van de broer van keeper Kjell Scherpen greep me bij de strot. Omdat werkelijk iedereen stil was. 
Aan de andere kant dacht ik wanneer stopt dit…Was het ook gedaan als het de broer van de kantinejuf was?



Kortom: 
Gepaste stilte bij het overleden van iemand uit de directe kring van de club.
Het verdere herdenken hoort m.i. in kleine kring thuis.
-->

Comments

Popular Posts