Salmiak stengel

Salmiak stengel

Twee weken terug had ik een ontmoeting met meiden van de MAVO. Tien jaren terug had ik via via met een van contact en wilden we graag een reünie organiseren van onze examenklas van de Christelijke MAVO Siddeburen. Nu is het organisatiecomité iets uitgebreider dus naast Liesbeth ook Lien, Aagtje en Dea. Zij waren op de Mannewiek om te kijken hoeveel mensen we intussen hadden opgespoord.

Heel wat zo bleek maar ook was er twijfel zaten die en die wel in ons jaar. We beperken ons tot het cohort 1972-1976 aangevuld met de leerlingen uit de examengroep. We hopen toch een groep van 30 personen te kunnen mobiliseren.
Op nieuw schrok ik even. Net als bij de reünie van de lagere school waar ik te horen kreeg dat oud klasgenoot Heilke op jonge leeftijd was overleden. Nu schrok ik weer toen ik bij drie namen Alma Smit, Koos Bult en Nanning Bouwman de opmerking: overleden, zag staan.

Vorige week kreeg ik te horen dat oud klasgenoot van de lagere school Wim van Timmeren was overleden. Weer schrok ik, nog net geen 55 jaar geworden na een lang jaar ernstig ziek te zijn geweest.
Heel vaak heb ik bij hem gespeeld toen ze nog op de grens Slochteren-Froombosch woonden. Soms met nog een of twee andere jongens er bij. De timmerschuur was in het voorjaar een mooie schuilplaats. Later toen ze in een nieuw (zeer royaal opgezet)huis gingen wonen, naast Wytze Bakker, was er weer een zeer grote voorraadschuur waar we speelden. Weinig in het nieuwe huis zo herinner ik me.
Soms kwam Wim bij ons. Zo ook die keer dat de vlam in de pan sloeg. We hadden een kookgelegenheid achter in de gang en op zaterdagochtend werd daar het vlees (op vrijdagmiddag gebracht door de slagersknecht van Verbaas: Taeke Roukema, in grauw inpakpapier. Die zelfde knecht werd later nog noordelijk bokskampioen! Zal wel door zij sterke benen van het vele fietsen met de zware fiets met rietenmand zijn gekomen.) gebraden.
Tot die zaterdag dat we iets roken in de achterkamer waar Wim en ik speelden en mijn moeder opeens riep: brand, brand, snel het huis uit. Zij rende door de rook naar het achterhuis en doofde met een oud gordijn de vlammen. Ik rende op kousenvoeten naar de ijsbaan waar mijn vader aan het klussen was in de kantine. In de consternatie was ik Wim vergeten. Die zat gewoon (weer) in de achterkamer met mijn moeder toen ik met mijn vader arriveerde. “Als het huis was afgebrand had ik nog wel geld van U gekregen”, zei hij. Hoezo reageerde mijn moeder verbaasd. “Nou, ik was snel naar buiten gegaan maar was mijn salmiak-stengel vergeten”, zei Wim.

Veel later nam hij de timmer/aannemers-zaak van zijn opa en vader over. Die moest hij noodgedwongen vorig jaar van de hand doen zo las ik toen in het Bokkeblad. Ik wist toen al dat hij kanker had. Nu elf dagen voor zijn 55e verjaardag, veel te jong overleden: Wim van Timmeren.

Comments

Popular Posts