naobers I

Noabers.
I.               Vrieling.



Ik las:

…. Jeroen Dubbeldam (met Zenith SFN), Maikel van der Vleuten (VDL Groep Verdi NOP), Jur Vrieling (VdL Bubalu) en Gerco Schröder (Glock's London NOP) kwamen over drie onderdelen, met aftrek van het minste resultaat, uit op 12,83 strafpunten. Oranje bleef op de Wereldruiterspelen in Caen, gastland Frankrijk (14,08) en de Verenigde Staten (16,72) ruim voor. De equipe van bondscoach Ron Ehrens kwalificeerde zich hiermee zevenhonderd dagen voor de Olympische Spelen en dus zal Nederland zeker in Rio de Janeiro 2016 present zijn .....

Leuk, dacht ik maar ook direct: is het nu wereldruiter-spelen of wereld-ruiterspelen? Plus de vraag: kwalificeerde mijn oude buurjongen, Jur Vrieling, zich nu al -700!! dagen-voor Rio?

Jur Vrieling, zoon van Tineke Huberts en Jan Vrieling uit Slochteren is een wereld ruiter, een echte klasbak. Vrieling is de naam van de boerenfamilie die naast de oude molengracht (schuin tegenover de grijze molen van Tuinema) woonden in het westend van Slochteren. (Ik schrijf west-end omdat het beter klinkt dan west-einde. In werkelijkheid is het westelijke deel van het dorp het deel aan de andere kant van de toren vanaf het deel bij de borg gezien. Klinkt ook goed West-end girls van de Pet shop boys. Oma Landman zei regelmatig tegen mijn oom Wim: Breng dat maor eem noar t’ oostend, noar Hilda. Dan moest er een breiwerk of iets te eten worden afgegeven). Vrieling senior was een boer met passie voor paarden en Jan was iemand die veel met de paarden deed. Jan Vrieling verliet het ouderlijk huis en ging naar ’t oost end en kwam daarnaast een andere molengracht kwam te wonen, namelijk die die verbonden was met de grachten van het Slochterbos.

Het was het laatste huis van het rijtje huizen, tegenover de Frayelemaborg, waarin ik woonde. In het midden was de Boslaan, het verlengde van de oprijlaan, die helemaal door liep tot de Groenedijk. De zes huizen aan de linkerkant, vanaf de borg gezien, waren allemaal verschillend en het grote vrijstaande huis, veruit het mooiste vond ik, was dat van Vrieling. Eerder woonde in dat statige huis de familie Duursema als ik me het goed herinner maar dat zal begin jaren zestig geweest zijn. Ik heb een vage herinnering met kip-kap-kogel aan de hand van mijn moeder: een hoge trap naar de voordeur.
Het kijkt uit over de landerijen naast het Slochterbos, richting Siepsloot en Noordbroek. Kleine stukjes land met afwisselend akkerbouw en weidebouw. Dicht tegen de weg ligt een stuk grasland waar zomers de koeien van boer van der Veen grazen omgeven door land van de boeren de Haan en Zuidhof. Naast dit huis, opgetrokken uit donkerrode stenen, lag een L-vormige grasweide. Met aan de linkerkant een dubbele bomenrij die naar het oude treinstation van het Woldjerspoor liep en aan de achterkant de Zuiderweg.


Het fraaie station van Slochteren is een van de acht ontwerpen standaardtype Woldjerspoor (architect Ad van der Steur) het diende als tussenstation aan de Woldjerspoorweg van Groningen naar Weiwerd. Het tracé had veertien stations en haltes. Vanaf het Hoofdstation in Groningen waren dat Roodehaan, Engelbert, Bieleveldslaan, Harkstede-Scharmer, Kolham, Froombosch, ’s Gravenschans, Slochteren, Wijgchelsheim, Schildwolde-Hellum, Zandelaan, Siddeburen, Leentjerweg, Tjuchem-Meedhuizen en aan het einde Weiwerd. Het station van Slochteren was slechts relatief kort in gebruik van 1 juli 1929 tot 5 mei 1941 na de oorlog was het was in gebruik als politiebureau van de gemeentepolitie. Zo staat het ook in mijn geheugen. Van de rails, het emplacement en de watertoren geen spoor.
De rechterkant was dus de brede sloot die ook aan de tuin van gemeente-ontvanger Schrik, ‘zuster’ Hoekstra en de familie Schut van het postkantoor grensde. Daardoor waren de genoemde tuinen ook altijd drijfnat.

Eerst was de weide, net als het stuk aan de andere kant van de Hoofdweg, in gebruik bij boer Van Der Veen. Het stond altijd vol met ridderbos en veldzuring omdat het daar ook zo drassig was. Jan van der Veen liet er in de zomer pinken uitlopen. En de grote fokstier: de Bolle genaamd Bram. De Bolle (vgl bul/bull = stier) werd dat aan een grote ketting met ijzeren pen vastgezet nadat hij morgens voor ons huis langs paradeerde, en 's avonds opnieuw voor ons huis langs kwam om via het bospad, achter de oprijlaan, terug naar de boerderij te gaan. Het was een opgewonden standje en de boer had er zijn handen vol aan om hem in het gareel te houden. Dekken in de openlucht werd al snel binnenshuis gedaan want de stier was niet te houden. (ook in het speciale bollehok in de schuur trouwens niet bleek later). Zo was er een keer een opstopping voor het huis van Vrieling. De bus (geen idee of het de GADO of DAM-bus was) stond stil en de rest van het verkeer ook omdat de Bolle was uitgebroken en op de weg liep.

Later kwamen er dus balken te liggen want Jan Vrieling nam het landje over. Hij was toen (instructeur) bij de bereden politie in Groningen dacht ik. Zijn vrouw Tineke heb ik nog een aantal keren bijles van gehad. Een mooie vrouw die me totaal van stuk bracht met haar blonde haren. Wat de bijlessen behelsden ben ik dan ook vergeten.

Nog later, toen boer van der Veen verhuisde uit het bos, en achter de oude Vrieling ging wonen veroverde Jan Vrieling een Nederlanse titel. En nog weer later toen ik al niet meer in Slochteren woonde ging Jur of Jannemiek op de pony over de hekken. In Londen 2012 zat Jur bij het Nederlandse team wat zilver behaalde in de landenwedstrijd.

Tijdens de Olympische Spelen in Rio kwam ik op een ochtend, ik moest vroeg op want Nadine Broersen ging met een van de eerste bussen naar het stadion, waarschijnlijk Jur tegen. Het was niet eens heel druk in de immense eetzaal en we zaten met wat meerkampsters in een van de grote ruimtes dicht bij de distributie tafels. Een vluchtige ontmoeting in het voorbij gaan zonder dat we met elkaar spraken of oogcontact hadden. De ruiters gingen aan een andere tafel zitten en ik maakte me druk om het Nadine naar de zin te maken. (Heel lastig bij een atlete met ochtendhumeur en een lijf vol zenuwen). Later zocht ik op het internet naar foto’s waarvan ik hem wel herkende.

Toen ik een aantal jaren terug eens langs het huis wandelde, bij een bezoekje met Diana aan de borg, was de ruimte om het huis totaal verandert. De molenwijk was weg, met als de steile slootkant en ook het aflopende gazon voor het huis was opgehoogd tot dezelfde hoogte als de weg. De slootjes voor dicht en een ingang aan de achterkant bij het fietspad aan de verlengde Zuiderweg. Het gaf het huis nog meer grandeur. Jan en Tineke woonden er nog, bleek bij navraag. Zelf vertrok in December 1976.





Comments

Popular Posts