drie dagen in een

I
Een herhaling van zetten is het niet helemaal. Toch kan ik een dejavu gedachte niet onderdrukken als ik op tv weer huisraad zie dobberen, stukken asfalt wegspoelen, bergwanden afbrokkelen en wegen opeens rivieren lijken. We komen er in Uberlandia genadig van af maar in de lagere gedeelten van de Minas Gerais is het weer slecht toeven. Na het zeer droge weer in de winter en het voorjaar is de zomer behoorlijk nat. Op het zuidelijk halfrond is September de start voor het voorjaar en December de start van de zomer, herfst in Maart en dan in Juni de winter. Het is dus het heetst hier in december en januari maar dat zijn gemiddeld genomen ook de meeste natte maanden van het jaar (plus april). Dit jaar geen uitzondering. Doden, gewonden en veel daklozen heeft het nieuwe jaar al opgeleverd dus de regering heeft nu een plan opgezet om dit in de toekomst te voorkomen. Kiezersbedrog zou ik het noemen want de natuur laat zich niet dwingen.

II
Znot (zo sprak een oud collega snot altijd uit).
In tijden niet meer zoveel snot geproduceerd.
Heel veel snot. In diverse kleuren en in verschillende eenheden. Van helder doorschijnend vloeibaar, tot donker groene stroperige substantie en van druppel tot een klein kopje vol. “Een beetje snotterig”, is een understatement dus komt “ Me hoof’ zit vol met znot” beter in de buurt.
Tel daarbij een wattenhoofd, bonkende slapen, volle bijholtes, een rauw gehemelte, een raspende tong en een overgevoelige keel.
Dus ik heb mijn jaarlijkse griep dag thuiszitten er dit jaar al weer opzitten.


III
Het begon al als een rare dag.

Eerst was ik, kort na middernacht, al klaar wakker. Het vocht dat uit mijn ogen en neus kwam was kleurloos. De zakdoek was kletsnat. Ik pakte een hempje omdat als snotdoek te gebruiken. Nu kwamen er opeens grote groene klodders, met hier en daar een bruin/rood streepje. Ik hoestte de droge hoest ondanks de siroop. Nam nog een slok van het roze goedje. De vorige keer was het nog bruinig geweest dacht ik. Uiteindelijk viel ik weer in slaap. Zwetend werd ik wakker. Ieder keer als ik iets niet wilde gebeurde het juist wel. Precies tegengesteld. Dus als je zei ik wil dat niet dan gebeurde dat toch. Instinctief riep ik: “nee dit niet” en er kwam meer, ik schreeuwde: “STOP” en er kwam nog meer. Wat het was weet ik niet maar mijn hart bonkte in mijn toch al zere keel. Inmiddels was het in de vroege zaterdagochtend en tegen mijn gewoonte in wist ik me dus iets van een soort droom te herinneren. Raar.
Tijdens mijn gesprek met de baas kreeg hij opeens een telefoontje in zijn hand geduwd van J. die ongevraagd, zeer ongebruikelijk, binnen kwam stormen. L. keek me verwilderd aan. Ik hoorde: dood, vader, nee nee kalm blijven, waar ben je? Wat zeg je? Dit in een kort tijdsbestek een keer of vier. J. was de kamer al weer uitgerend zich als nog verontschuldigend. Later hoorde ik dat de vader van D. dood was. Plotseling. Zoals altijd. Paniek bij een jong volwassene die opeens zijn vader kwijt is. Mijn keel kneep zich dicht toen ik het hoorde. Maar er gebeurde verder niets. Ik kreeg een hoestaanval.
Toen was er een uitbarsting van L. tijdens het eten. We hoorden eerste geroezemoes dat van buiten de eetzaal binnendrong en toen stonden ze opeens alle twee binnen met woedende blikken in de ogen. Oud tegenover jong, trainer tegen over atleet. Stop, stop wilde ik schreeuwen maar ik dacht aan mijn droom en hield mijn mond. De atleet werd uit het centrum gegooid vanwege zijn gedrag. Maar was binnen een uur weer terug met zijn ouders. Ze bedankten de trainer en jongen moest diep door het stof voor zijn ouders, de trainer en later voor de hele groep. Excuses aanbieden voor zijn rare gedrag.
In de tussentijd had ik een gesprek gehad met N. Over tegenstrijdigheden. Over doen en laten. Over inspanning en ontspanning. Over bedekken en ontdekken. Ik las een boekje over de Dronken rechtsbuiten. Maar het titelverhaal ontbrak. Pagina 16 ging over in 33. Raar.
Wakker in een vreemde wereld zonder mijn geliefde. Thuis aan het meer wat niet echt een thuis is maar meer een haven van rust aan het meer. Meer een vakantiehuis. Als is het wel vee meer thuis dan de plek in Uberlandia waar slechts het grote bed en de tuinset buiten op de veranda van ons zelf is.
Op een gewone dag zou ik koffie gaan drinken maar nu dacht ik laat maar. Raar.

Comments

Popular Posts