alḥamdulillāh.

Alḥamdulillāh..

Hij ploft op de bank.
Wist zich zweet van het voorhoofd.

Zucht.

Het is middag en we zitten in de Starbucks in hartje Rio. Ik concentreer me op mijn tekst op de computer maar hoor opeens in een zin een paar keer alḥamdulillāh. Ik kijk opzij.

De man heeft bruine loafers aan met Asics sportsokjes, een goedkope Bermuda en een grauwe polo. Hij is in gesprek met een jonge Braziliaan, aan een tafeltje naast ons,  die meewarig het hoofd schud. De bermuda vertelt dat hij is overvallen.
Even later als hij mijn kant op kijkt vraag ik waar hij vandaan komt. “ Ik ben kapitein en kom uit Egypte vaar schepen van daar naar hier. Meestal maar 1-2 dagen in Rio en dan vlieg via Dubai terug naar huis”. Hij is een jaartje of veertig schat ik. Zijn ogen schieten van links naar rechts. De koffie maakt hem niet echt rustig. De polo heeft zweetplekken.

Vanochtend is hij dus overvallen. “Het was tien uur en de taxi stopte voor het verkeerslicht. Iemand tikte op het raam en de bestuurder doet het raampje naar beneden. Direct verschijnt er een pistool". Met zijn linker hand maakt hij een pistool die hij op zijn rechterpols laat rusten. " Ik moet mijn horloge en armband afgeven en mijn vriend een ring. Dan is hij weg. Goddank alleen mijn horloge. Ik was doodsbang. Maar Goddank leef ik nog”. Hij neemt een slok koffie en zegt nog een keer: Goddank. Het horloge was een duikhorloge en meer dan 1000 dollar waard. Ik zie de verkleuring op zijn lege pols zitten.
Hij geeft me een hand en ik mompel wat Arabische kreten die ik me nog uit Qatar herinner: “Ma salama, habibi, have a safe trip inshallah”. (Ga in vrede, vriend,  en heb een goede reis, als God het wil.) Hij lacht en is een beetje opgelucht zo lijkt het. Alḥamdulillāh.

Comments

Popular Posts