moeders

Moeders.

Arno’s moeder is overleden.
Het sms-je kwam niet echt onverwacht. De opeenstapeling van klachten, de diagnose, de behandelingen en de uiteindelijke aftakeling voltrokken zich in een hoog tempo. Naar aanleiding van de ziekte van Ida hadden Arno en ik een telefonisch gesprek over kwaliteit van leven in het laatste stadium. Hoe moeilijk het is, voor de directe omgeving, om toe te moeten zien hoe een dierbaar iemand wegzakt en terugvalt op een zeer primitieve manier van leven. Ida, die we beiden kenden als sportster bij H.P., kwam in een zeer korte tijd te overlijden (hersentumor), de moeder van Arno kreeg iets meer tijd om zich voor te bereiden op het onontkoombare. In beide gevallen beleefde ik de laatste maanden van mijn zieke moeder weer alsof het gisteren was i.p.v. 1976.

De moeder van Arno. Dat is voor mij een gegeven van vele jaren. Eerst toen ik zelf af en toe nog wedstrijden deed en ze jureerde, later toen ik training gaf bij AV Haarlem en Arno’s ouders als chauffeur optraden bij de KAV Holland ploeg. En de kantinediensten draaiden toen Arno al bij in het districtsteam meetrainde. Als betrokken ouders op afstand maakte ik ze mee toen ik zelf bij de KAV in dienst kwam.
“Dat moet je aan moeders vragen, Gerard, daar weet ik niks van” zei vader Mul regelmatig. Ik vroeg nog wel eens wat toen ik in de Leidsebuurt kwam wonen. (Hoe strijk je dit? of Waar koop je dat?)
De ouders van Arno zijn van de generatie hard werken en veel doen. En door schade en schande wijs geworden. Levenslessen, zeg maar die in de oude arbeidersbuurt van Haarlem gewoon zijn. En mooie verhalen uit die tijd over het doen en laten in de buurt van Heerhugowaard bij een biertje.
Ook een generatie van regelmaat. Vaste tijden naar de kerk, de kapper, op familiebezoek. Vaste gewoonten zoals een advocaatje slagroom of bessen voor moeders en jonkie, (met) een biertje voor de vaders. Plus bezoeken van de buurt barbeque en doen en laten op feestdagen in vast stramien.

Moe Mul. Van een generatie die ik echt als ‘ouders’ zag toen ik begon. Die meegroeiden met mijn pupillen en waar ik altijd bij voelde dat ik aan hen verantwoording zou moeten kunnen afleggen wat ik met hun kinderen deed. Terwijl ik vaak eerder dan hen wist dat hun zoon/dochter rookte, dronk of sex met deze of gene had en dat er problemen op school waren. “Pak ze maar aan hoor, Gerard”, zeiden ze dan.
Ook de generatie die moeiteloos doorgroeide naar opa-oma niveau. Terwijl mijn pupillen uit die tijd (al ouder dan ik was toen ik ze training gaf) nog niet echt toe waren in mijn ogen aan het ouderschap.
Die generatie is nu op leeftijd. Toe aan pensioen. Maar nog altijd met regelmaat aanwezig en een vraagbaak voor de jeugd. Pa Roelfsema, Pa Hagen en Piet Negeman, Cees Roosen noem ze maar op. Zo kluste Pa Mul heel wat af de afgelopen jaren en niet alleen bij zijn zonen. Maar altijd was er moeders op de achtergrond. Dus op tijd naar huis.

Ik heb de ouders van toen ouder zien worden en ook hun kinderen. De laatste tijd waren de ouders jonger dan ik zelf in het begin of op van een leeftijd dat ik zelf ook kinderen van de A/B junioren leeftijd gehad zou kunnen hebben. Maar, al die moeders, of ze nou Henny, Anneke, Nel, Netty of Gonny heetten, ze hadden iets gemeen. Ze wilden het beste voor hun kind, ze deden allemaal iets extra voor de groep, de club of het team en ze deden het zonder dat het gevraagd werd. Want allemaal vonden ze het erg eng dat harde trainen, de eerste keer naar een kampioenschap, de eerste keer medaillekansen, topsport of de eerste keer ver weg. Want ze leefden erg mee. Zonder op de voorgrond te treden waren ze er altijd.

Arno en ik hebben veel samen gedaan en beleefd. En dus maakte ik ook zijn ouders mee. “Zorg je wel goed voor je zelf”, is een kreet die me is bij gebleven van moeder Mul. Altijd bezorgd om het wel en wee van een ander. Haar eigen problemen met de nek werden eerst nog afgedaan als ouderdom. Maar ook krakende wagens lopen op een gegeven moment vast. Van de moeder van Arno, naar moe Mul, naar Henny, naar oma van Marieke en Jeroen. Ruim twintig jaar maakte ik deze vrouw mee.
Net zoals ik zelf denk dat ik niet veranderd ben in die tijd zo zie ik haar ook onveranderd als ‘Moeders’.

Kerst staat voor de deur. Een periode van bezinning. Oud en Nieuw komt er aan. Een tijd van terugblikken.

Alles zal anders zijn. Zeker voor hen die het nu zwaar hebben. Of het zwaar te verduren hebben gehad. Lichamelijk of geestelijk onder het leven geleden hebben dit afgelopen jaar.
In gedachten ben ik bij jullie!

Gezegende Kerst/ Merry X-mas!/ Prettige Kerstdagen.


Comments

Popular Posts